Uw internist en diabetesverpleegkundige bespreken de behandelingsmogelijkheden met u. Wat deze mogelijkheden zijn, verschilt per patiënt.
Wat u zelf kunt doen
U kunt voorkomen dat uw bloedsuikers te laag worden door uw bloedsuikers zelf goed te controleren. Het is belangrijk dat u weet wat u moet doen als u een hypo hebt. Een hypo gaat over als u snel werkende koolhydraten eet (geen light-producten). Bijvoorbeeld zes tabletten druivensuiker (6 tabletten = 20 gram snelwerkende koolhydraten) of limonadesiroop (0,4 dl = 3 eetlepels (3/4 glas) = 24 gram).
Eventueel kunt u ook het volgende nemen:
- Appelsap (200 ml = 20 gram).
- Gewone suiker (5 theelepels = 20 gram.
Zorg er daarom voor dat u altijd druivensuiker of een drankje met suiker bij u hebt. Na 20 minuten moet u opnieuw de bloedglucose meten om vast te stellen of deze stijgt. Indien deze nog steeds lager is dan 4 mmol/l, neemt u opnieuw snelwerkende suikers. Is de bloedglucose inmiddels gestegen naar 4 mmol/l of hoger en duurt het nog een uur voordat u weer een maaltijd eet? Eet dan alvast een volkorenboterham of een stuk fruit.
Vooruitzichten
Hypo-unawareness kan overgaan. Uw lichaam kan de hypo’s weer herkennen als u lange tijd geen hypo’s hebt gehad. Ook zijn er verschillende trainingen om hypo-unawareness te verminderen. Vraag hiernaar bij uw diabetesverpleegkundige.
Als u diabetes hebt, kunt u de meeste activiteiten in uw leven gewoon blijven doen. Maar diabetes heeft wel gevolgen voor het dagelijkse leven thuis, op het werk, de manier waarop u reist, enzovoort. Een belangrijk doel van de behandeling en begeleiding is het dagelijks leven voor u zo normaal mogelijk te laten zijn. Hiervoor moet u vaak extra voorzorgen nemen. Ook kunt u niet alle beroepen meer uitvoeren. Begeleiding en voorlichting over deze onderwerpen is een onderdeel van de behandeling op onze polikliniek Diabetologie.
