Nederlandse eiceldonatie ethisch verantwoord
Vrouwen doneren hun eicellen daadwerkelijk vrijwillig aan Nederlandse eicelbanken, blijkt uit onderzoek. De oprichting van drie Nederlandse eicelbanken wakkerde een politiek maatschappelijke discussie aan. Er waren onder andere zorgen of de vergoeding van 900 euro een te grote rol zou spelen in het afstaan van eicellen.
In 2012 richtten het UMC Utrecht, Medisch Centrum Kinderwens en het Amsterdam UMC drie Nederlandse eicelbanken op. Die oprichting leidde tot vragen over de ethische aspecten van eiceldonatie. Om dat uit te zoeken, hebben ethici van het UMC Utrecht samen met de drie eicelbanken een onderzoek uitgevoerd naar het beleid van eiceldonatie via Nederlandse eicelbanken. Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en gefinancierd door
. Het rapport ‘Ethisch verantwoorde organisatie van eiceldonatie via eicelbanken in Nederland’
aan de Tweede Kamer. Uit de studie blijkt dat
via de Nederlandse eicelbanken op een ethisch verantwoorde manier gebeurt. Vrouwen die doneren doen dat echt vrijwillig.
Gepaste vergoeding
Het onderzoek laat zien dat vrouwen niet om het geld doneren, maar omdat zij anderen een kind gunnen. Een vergoeding blijft echter wel wenselijk: donatie vraagt om een belastende procedure waar de donateur meerdere keren voor naar het ziekenhuis moet komen. Daarnaast is donatie niet in het primaire belang van de donor. Uit het onderzoek blijkt dat de vergoeding van 900 euro omlaag kan naar 300, aangevuld met een vergoeding voor andere reiskosten, kosten voor extra kinderopvang en mogelijke eigen risico op grond van de zorgverzekering. Omdat in de praktijk blijkt dat donateurs de procedure van eiceldonatie kunnen combineren met betaald werk, zouden gederfde inkomsten niet vergoed hoeven te worden.
Eisen verruimen
Mede dankzij de politiek maatschappelijke discussie zijn bij de oprichting van de eicelbanken strenge selectiecriteria opgesteld voor eiceldonoren en wensouders. Het onderzoek laat zien dat de ethische kaders ruimte bieden om die selectie te verruimen. Net als bij zaaddonatie zouden eicelbanken een leeftijdsondergrens van 18 jaar kunnen hanteren, mits ze extra aandacht besteden aan de motivatie van de donor. Het is belangrijk om dan goed te controleren of de donateur voldoende inzicht heeft in de risico’s en gevolgen van haar donatie. In overleg met de wensouders is het een optie om donoren met een licht verhoogd risico op milde, behandelbare aandoeningen te accepteren. Wat betreft de selectie van ontvangers zouden alleenstaanden, homo- en lesbische stellen in aanmerking moeten komen voor een behandeling bij de eicelbanken. Ook mogen vrouwen tot 50 jaar niet stelselmatig op basis van hun leeftijd worden afgewezen voor het ontvangen van eicellen. Vanwege de schaarste is het de overweging waard om alleen wensouders zonder eigen kinderen of stellen die nog niet eerder zijn behandeld bij een eicelbank in Nederland te selecteren, of anders hogere prioriteit te geven.
Tekort aan donoren
Om iets te doen aan het
aan eiceldonoren is het van groot belang om de maatschappelijke bekendheid van eiceldonatie te vergroten en het tekort aan donoren aan te pakken. Daarom heeft de Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie (
) een landelijk informatiepunt opgericht en is een landelijke campagne gestart. De onderzoekers roepen deze werkgroep op om de resultaten van hun onderzoek te implementeren.
Lees meer over de eicelbank op
.